Mijn forumgenoot Marten trakteert mij regelmatig op mooie
muziektips, vrij vaak betreft het onbekende Scandinavische folkmuziek. Deze
keer tipte hij me een jongedame die uit Seattle komt. Wren is de artiestennaam
van Laura Adrienne Brady. Ze ontleende die aan een bijzondere droom die ze ooit
had. Daarin kwamen winterkoninkjes voor. Ze publiceerde al gedichten en proza
voordat ze liedjes ging schrijven. In haar vroege jeugd zong ze al heel veel
thuis, maar ook op school tijdens de pauzes, maar ook geregeld tijdens de les.
Dat laatste werd uiteraard niet getolereerd,
met als gevolg dat ze het zingen totaal afzwoor. Het zou tot haar negentiende duren voordat ze
de draad weer oppakte. Dat gebeurde nadat ze in een commune terecht kwam, waar
iedereen muzikant bleek te zijn. Daar leerde iemand haar een paar akkoorden op
de gitaar en binnen zeer korte tijd begon ze liedjes schrijven. Haar eerste
album Bone Nest, wat in 2012
verscheen, staat in het teken van de
ontdekking dat ze lijdt aan een chronische ziekte en het aanvaarden ervan. Het
in februari verschenen Stitch an Ocean,
kwam door crowdfunding tot stand. Haar donateurs hadden blijkbaar veel
vertrouwen in het project, want het streefbedrag werd in korte tijd ruimschoots
gehaald. Voor haarzelf staat de nieuwe cd voor het omarmen van geluk, maar ook voor
hoop en transformatie. Het vormt dus een
logische opvolger op Bone Nest. In
haar jeugd bouwde ze een grote liefde voor de natuur op. Het is dan ook niet
verwonderlijk dat de natuur heel vaak opduikt in haar teksten, al dan niet in
de vorm van een metafoor. Ze verbleef ooit een jaar in Galicië, de geboortegrond
van haar voorouders. Daar hield ze zich toen bezig met permacultuur en gaf er
ook Engelse les. Bovendien verdiepte ze zich er in de taal en de cultuur. Vandaar
dat ze A Rianxeira van Angel Viro en
de traditional Catro Vellos Mariñeiros
opnam. Beide gezongen in het Galicisch, een taal verwant aan het Portugees. De
muziek op het album heeft overigens weinig tot geen raakvlakken met Amerikaanse
folk, het heeft duidelijke Ierse invloeden. Het is een volledig akoestisch
album, dat vooral gekenmerkt wordt door de fluwelen stem van Wren, maar ook
door de zeer subtiele arrangementen. Bovendien wordt ze omringd door vakkundige
muzikanten. De titel en de hoes zijn ontleend aan het catchy Hand-Sewn Ocean. Het refrein ervan
spookt al geruime tijd geregeld door mijn hoofd. Maar het album staat vol met
prachtige muziek. Mijn favorieten veranderen regelmatig, volgens mij hét
kenmerk van een prachtplaat.
Theo Volk