Daymé Arecona - Nueva era



Op 22-jarige leeftijd is Daymé Arocena al een oud gediende in de Cubaanse muziek. Haar carrière start al op achtjarige leeftijd, wanneer ze toetreedt tot D’Senitos, een gezelschap met zowel Amerikaanse als Engelse liedjes op hun repertoire. Ze treden zelfs een keer op de Cubaanse TV op met Let it be

Een grote doorbraak kwam in 2007 toen ze de Marti y el Arteprijs won en lead zangeres werd van de big band Los Primos. Ze treedt in die tijd op met onder andere Winton Marsalis.  Hierdoor kwam ze in aanraking met het repertoire van belangrijke jazz zangeressen als Billie Holiday, Nina Simone en Ella Fitzgerald. Waarvan de laatste de meeste indruk op haar maakte, vanwege het scatten.  

In 2008 komt ze in aanraking met Gilles Peterson’s Havana Cultura project. Dit project heeft tot doel het begeleiden van jonge, grote muzikale talenten. Op dat moment vind Peterson Daymé nog te jong voor een solo album. In 2010 treedt ze toe tot Sursum Corda, een jazz-fusion quintet. 

In 2012 komt ze weer in beeld bij Francois Renié van het Havana Cultura project, die op zijn beurt Gilles Peterson van Brownswood weer wijst op Daymé. Brownswood is al meer dan 20 jaar een van de meest interessante labels op het gebied van jazz. In de jaren negentig debuteerde bijvoorbeeld United Future Organization op het label en in 2008 de nu zeer populaire José James met zijn prachtige debuut The Dreamer

Op 30 maart verscheen reeds de EP The Havana Cultura Sessions  en nu is vanaf 8 juni Nueva Era zowel op cd als lp verkrijgbaar. Het album is gedeeltelijk in Londen en Havana opgenomen en werd grotendeels geproduceerd door Simbad, die al zeer lang voor Brownswood werkt. Hij schreef ook mee aan een aantal songs op het album. 

De ervaren muzikanten komen allen uit Londen : onder andere Rob Mitchell op piano, Neil Charles op staande bas en Oli Savill op percussie. Het gebrachte repertoire is jazz met invloeden uit de Afrikaanse en Cubaanse muziek en nu-soul. De stem van Daymé Arocena is uiterst flexibel. Bovendien gebruikt ze hem zeer inventief. Ze zingt zowel in het Spaans als in het Engels. Madres is gedeeltelijk in het Spaans maar ook in het Yoruba gezongen. 

Het is een redelijk gevarieerd debuut geworden van een zangeres waar we nog veel van gaan horen.         


Label: BROWNSWOOD RECORDINGS
Releasedatum:  8 juni 2015
Links:

Bhi Bhiman - Rhythm & Reason

Hij is de zoon van Sri Lankese immigranten, geboren in St. Louis, Missouri. In zijn jeugd luisterde hij naar bands als Nirvana, Soundgarden en Alice in Chains. In de eerste songs die hij schreef was echter niets van deze invloeden terug te vinden, hij klonk meer als de oude folkzangers van weleer. 

Zijn debuut Cookbook werd direct goed ontvangen. Een album vol politiek getinte teksten en persoonlijke ontboezemingen. Het leidde tot een optreden in Later van Jools Holland. Daar ontmoette hij zijn jeugdheld Chris Cornell van Soundgarden, die zo onder de indruk van Bhiman’s optreden was, dat hij hem uitnodigde om mee op tournee te gaan. 

In 2012 verscheen het album Bhiman, dat wederom goed ontvangen werd. Het leverde hem vergelijkingen op met Bob Dylan, Randy Newman, John Prine en Phil Ochs, hoewel hij toch al duidelijk een eigen stijl ontwikkeld had.  

Een ontwikkeling die zich nu verder doorzet op Rhythm & Reason. Het opent met het heerlijke Moving to Brussels, wat duidelijke soul en R&B invloeden laat horen. Bhiman beschikt over een fantastische stem, die al vergeleken werd met artiesten als Bill Withers, Richie Havens en Little Richards. En muzikaal gezien met Rodriguez, Woody Guthrie tot aan Nina Simone. 

Naast een goede zanger is hij ook een uitstekend liedjes schrijver.  Ieder nummer heeft wel iets waardoor het boven de middelmaat uitstijgt, in There goes the neighborhood is dat bijvoorbeeld het heerlijke orgeltje. Bread and Butter is voorzien van een zeer aangenaam ritme en blazers.  

Van een heerlijke flow werd Bennie Please voorzien. Het hoogtepunt vormt voor mij Up in Arms, vanwege de prachtige melodie en orkestratie. Meest catchy song op de cd is het ritmische The Color Pink

De soul en R&B-invloeden op Rhythm & Reason zijn overigens niet zo vreemd, wat hij schreef al nummers samen met soul legende William Bell. Daarnaast werkte hij bijvoorbeeld ook al samen met de radicale hiphop groep The Coup. 

Het is vreemd dat Bhiman totaal onbekend is in Nederland, wellicht kan Rhythm & Reason daar verandering in brengen, wat niet meer dan terecht zou zijn.         


Label: BOOCOO MUSIC
Releasedatum: 1 juni 2015
Links:


Madisen Ward And The Mama Bear – Skeleton Crew


Wat goed is komt snel. Een aantal maanden geleden verzorgden Madisen Ward en zijn moeder Ruth praktisch alleen concerten in hun woonplaats Kansas City. Een optreden in het programma van David Letterman in februari bracht hun carrière in een stroomversnelling. 

Eind april volgde ook nog eens een optreden in de show van Jools Holland en op 1 mei speelden ze in hier in de Vondelkerk. Ze beschikken intussen over een overvol rooster, wat hen onder andere op het Newport Folk Festival zal brengen. 

Moeder Ruth Whitlock werd in 1952 geboren in Gary, Indiana. In haar jeugd luisterde ze vooral naar rock en folk en had idolen als Janis Joplin, Jimi Hendrix en Laura Nyro. Op haar negentiende leerde ze pas gitaar spelen en ging ook optreden en bleef dat doen totdat ze haar man Kenneth Ward leerde kennen. 

Ze kregen drie kinderen, waarvan alleen de jongste, Madisen geboren in 1988, interesse in muziek kreeg. Ook hij leerde pas op zijn negentiende gitaar spelen en begon akoestische optredens te verzorgen in Independence en St. Louis. 

Een paar jaar geleden besloot hij om samen met zijn moeder een duo te gaan vormen. Ze kregen een groeiende schare fans in Kansas City, wat in 2013 resulteerde in de EP We Burned the Cane Fields

Voor het debuut Skeleton Crew werd een beroep gedaan op de bekende Engelse producer Jimmy Abbiss (o.a. Adele en Artic Monkeys), die gelukkig gekozen heeft voor een zeer sobere productie. Hierdoor komt de flexibele stem van Madisen goed tot zijn recht. 

Er wordt regelmatig gebruik gemaakt van beurtzang. Ook de stem van moeder Ruth is zeer aangenaam om naar te luisteren. Alle songs werden door moeder en zoon samen geschreven. Veel ervan ademen de sfeer van het zuiden van Amerika van lang geleden uit. 

Hun muziek is een mix van vooral folk, maar ook van blues en gospel en is behoorlijk uniek. Sommige ervan liggen erg goed in het gehoor, zoals bijvoorbeeld Silent Movies. Mijn persoonlijke voorkeur gaat echter meer uit naar meer ingetogen songs, zoals het indrukwekkende Dead Daffodils en het prachtige Fight On. De onderwerpen variëren nogal. Van liefde, oorlog tot aan taart en Coca Cola! 

Skeleton Crew is voor mij een van de grootste verrassingen van 2015 tot nu toe.          


Website http://www.madisenwardandthemamabear.com/

Releasedatum: 18 mei 2015 Glassnote

Guy Verlinde - Better days ahead


Dat België allang meetelt als muziekland is genoegzaam bekend. Het begon ooit met artiesten als Toots Thielemans en Jacques Brel, die beiden wereldfaam vergaarden. Later gevolgd door iemand als Raymond van het Groenewoud, die in de eigen taal furore begon te maken in Vlaanderen en Nederland. Zijn ouders waren trouwens van Nederlandse afkomst. 

En in de jaren negentig maakte in de rockmuziek dEUS zijn opwachting. Tegenwoordig wemelt het in België van het talent op het gebied van pop, rock en singer-songwriters. Wat jammer genoeg minder bekend  is, dat er ook goede blues en rootsartiesten rondlopen. 

Eerder dit jaar verscheen er al een prachtig album van Tiny Legs Tim, Stepping Up. De onbetwiste nummer in België in dit genre is echter Guy Verlinde. Het is een rasartiest, die over een zeer goede live-reputatie beschikt. Onder de naam Lightnin’ Guy bracht hij al zeven albums uit, stuk voor stuk prachtig. 

Nummer acht, Better Days Ahead, besloot hij echter onder zijn eigen naam uit te brengen. Op dit album is zijn muziek iets meer richting rock opgeschoven, wat direct duidelijk wordt in de heerlijke opener Better Days Ahead.  De meeste andere nummers op deze cd hebben dezelfde passie en energie. 

Het is onmogelijk om stil te zitten en geen goed gevoel te krijgen van deze muziek. Op de juiste momenten neemt Guy wat gas terug in meer singer-song achtig materiaal; Sacred Ground, Call on Me en Don’t Tell Me That You Love Me. Songs die zeker niet onder doen voor het up-tempowerk. Het gitaarspel van Guy is fantastisch, korte puntige solo’s allen in dienst van het liedje. 

Ook zijn begeleiders zijn allen topmuzikanten : Luc Alexander op elektrische gitaar, Wladimir Geels op bas, Patrick Cuyvers op hammond. Daarnaast ook nog Frederik van den Berghe op drums en Steven Troch op bluesharp. Deze beiden speelden ook mee op Stepping up van Tiny Legs Tim. Het album werd op voortreffelijke wijze geproduceerd door Gert Jacobs. 

Voor liefhebbers van het blues- en bluesrockgenre lijkt  Better Days Ahead me een verplichte aanschaf.     


Label: DIXIE FROG
Releasedatum:   29 mei 2015
Links:

Dar Williams - Emerald


Al meer dan twintig jaar omspant intussen de carrière van de Amerikaanse singer-songwriter Dar Williams. Een album van haar stelt de luisteraar nooit teleur, zo ook haar inmiddels tiende cd, Emerald, niet. In het verleden werd haar performance en haar manier van liedjes schrijven regelmatig vergeleken met Joni Mitchell, Joan Baez en Beth Nielsen Chapman. 

Er werden heel wat kilometers afgelegd en studio’s bezocht om het zelf geproduceerde Emerald tot stand te laten komen. Het merendeel van het repertoire op Emerald zijn rustige luisterliedjes. Uitzonderingen zijn de up-temposongs FM Radio en Johhny Appleseed. Het bijzonder hitgevoelige FM Radio schreef ze samen Jill Sobule. Naast de muziek bezorgt de erg grappige tekst de luisteraar een glimlach op het gezicht

Johnny Appleseed is ook een liedje wat erg blijft hangen. Het werd geschreven door Joe Strummer en The Mescaleros. Naast een eerbetoon aan Joe Strummer heeft het ook de boodschap om goed met het milieu om te gaan. Johnny Appleseed was overigens de bijnaam van John Chapman, een pionier op het gebied van bomen kweken. 

De natuur speelt een belangrijke rol in het leven van Dar Williams, zoals blijkt uit titelsong Emerald. Inspiratie voor dit lied kreeg ze toen samen met Loudon Wainwright III op weg was naar een optreden. De aanblik van de Columbia rivier in Oregon maakte grote indruk op haar. Ze wordt hier door Richard Thompson op gitaar en door Stance Mason op bas begeleid. 

Het schitterende Girl of the World heeft ook een thema wat haar na aan het hart ligt. Ze schreef het in het Our Little Roses tehuis en school in Honduras. Opgericht in 1988 en het enige tehuis in Honduras bestemd voor de opvang van wezen, misbruikte kinderen en kinderen die in extreme armoede leven. Over het tehuis is een film gemaakt, Las Chavas. 

Een prachtig duet zingt ze in Slippery Slope samen met Jim Lauerdale, met wie ze het nummer ook schreef. Het slotnummer is intens en voorzien van een prachtige melodie. New York Is a Harbor vormt een waardige afsluiter.  

Er werkten nog een aantal anderen mee aan Emerald. Zo schreef ze Here Tonight samen met Angel Snow en wordt ze op Kat Goldman’s Weight of the World vocaal begeleid door Suzzy Roche en Lucy Wainwright Roche en op Mad River door The Milk Carton Kids. 

Emerald is voor mij het beste album wat Dar Williams tot nu toe maakte. 

Releasedatum 18 mei 2015 Bread and Butter Music

TORRES - Sprinter


Achter de artiestennaam Torres gaat de tegenwoordig vanuit Brooklyn opererende Mackenzie Scott schuil. Opgegroeid in Macon, Georgia, eveneens de geboortestad van Little Richard en Randy Crawford. Ze was de jongste van drie broers en zussen in een behoorlijk conservatief gezin. 

Als kind las ze erg veel en bezat een rijke fantasie. Ze studeerde aan Belmont University in Nashville, waar ze de richting liedjes componeren koos. Menig afgestudeerde van Belmont University komt hierna in Music Row, de muziekindustrie van Nashville terecht, zoals bijvoorbeeld Brad Paisley. 

In haar Nashvilletijd werd haar aandacht getrokken door minder traditionele acts als Natalie Prass en Diarrhea Planet. Ze begon in die tijd ook veel akoestisch op te treden in coffeeshops. Haar debuut Torres kwam reeds een maand nadat ze afgestudeerd was uit. 

De muziek hierop was vergelijkbaar met die van Sharon van Etten, aan wiens laatste album,  Are We There?, zij overigens meewerkte. Haar inspiratiebronnen variëren van Funkadelic en Nirvana, tot aan Ray Bradbury en Joan Didion. 

Voor Sprinter zocht ze naar een geluid waarin zowel haar conservatieve roots terug te vinden zou zijn, maar dat tegelijkertijd futuristisch zou aandoen. Sprinter werd gedeeltelijk opgenomen in Bridport in Dorset, Engeland en gedeeltelijk ook in de Bristolse studio van Portishead’s Adrian Utley. 

Utley speelt zowel elektrisch gitaar als synthesizer op het album. Bovendien had ze de beschikking over een ijzersterke ritmesectie, gevormd door PJ Harvey’s Robert Ellis en Ian Olliver. Deze drie heren vormen absoluut een meerwaarde op Sprinter. Het is meer een rockalbum geworden dan het debuut. 

De songs vormen een soort verslag van zelfonderzoek. De songs zijn donkerder dat op het debuut. Ze worstelt met thema’s als God, afkomst, vergeving en sterfelijkheid. Het gebodene is zowel tekstueel als muzikaal erg indringend en zal geen enkele luisteraar onberoerd laten. 

Muzikaal kan het af en toe behoorlijk rauw zijn, zoals opener Strange Hellos, waarin de geest van Nirvana rondwaart. Maar soms ook lichter van toon, zoals A Proper Polish Welcome. De titelsong Sprinter is zelfs catchy. De eerste acht nummers zijn stuk voor stuk indringend en indrukwekkend. 

Toch vormt slotnummer The Exchange het hoogtepunt en is het de sleutelsong op Sprinter. Ze begeleidt zichzelf hier op bijzonder imponerende wijze alleen op akoestische gitaar. De openingsregels maken direct veel duidelijk:

My mother lost her mother twice
Once in ’54, then later in life

The exchange was quick and quiet
The records sealed, the names made private

Her search began and ended with a judge
Her papers had been claimed in a freak basement flood

An entire family tree
An eternal privacy
Under water

Scott werd zelf geadopteerd, evenals haar adoptiemoeder. De slotsong verklaart voor een groot gedeelte het zelfonderzoek.  Sprinter is een, zowel muzikaal als tekstueel, zeer indringend album.


Label: PARTISAN RECORDS
Releasedatum: 15 mei 2015
Links:




Duijf - Duijf



Verrassend  snel na de uiterst succesvolle Brabacanaplaat Caballero zonder filter van Björn van der Doelen tovert het jonge, ambitieuze platenlabel Bastaard Platen een nieuwe release uit de hoge hoed. Het betreft het in een zeer opvallende hoes gestoken debuut Duijf van Duijf. 

Duijf staat voor Mathijn den Duijf. Hij rondde in 1997 zijn studie muziekwetenschap af. Bekendheid verwierf hij daarna vooral als producer en mixer, maar ook als medegrondlegger van het in Utrecht gevestigde Kytopia. Zijn opnamestudio daar staat overigens vol met analoge apparatuur. Vanaf 2012 kreeg een solocarrière vorm, wat nu dus resulteert in Duijf

In het persbericht van het label wordt als een van de genres experimenteel genoemd. Zelf zou ik eerder willen spreken over een avontuurlijk album. Er is de nodige variatie in de manier zingen, vooral door gebruik te maken van dynamiek. Daarnaast hebben de begeleiders in een aantal nummers de gelegenheid gekregen om een eigen muzikale inbreng te leveren. 

Soms in de vorm van improvisatie. Deze nummers hebben iets meer tijd nodig om de luisteraar volledig te kunnen aanspreken. Daarnaast vindt men een aantal songs die je direct weten te raken. Om te beginnen het wonderschone en nostalgisch aandoende Passeer de straat, het mooiste liedje dat ik dit jaar tot nu toe hoorde. Hier wordt Mathijn alleen door Janos Koolen begeleid op mandoline met op de achtergrond de elektrische gitaar van Sam Jones. 

Van hetzelfde kaliber is het eveneens nostalgisch aandoende slotnummer Jonathan/Oom Dries.  Echter hier begeleidt Mathijn zichzelf op prachtige wijze op piano.  Mathijn beschikt over een zeer prettige stem, zijn timbre en manier van zingen lijkt af en toe op Boudewijn de Groot. Alleen vind ik de stem van Mathijn mooier, maar vooral warmer. 

In de noot van Mathijn op de hoes staat: “Teksten en muziek op dit album mogen een esthetische ervaring zijn. Verder bedoel ik er niet zo veel mee…”. Die teksten kunnen inderdaad gewoon als poëzie gezien worden.  

Soms hebben ze een interessant achterliggend verhaal, zoals Fortuna. Die tekst heeft Mathijn geschreven nadat hij Buddenbrooks van Thomas Mann had gelezen. In dezelfde periode ontmoette  hij de familie die vier generaties lang voor hem in zijn toenmalige huis gewoond had. Zij kwamen bij hem op bezoek in de wetenschap dat het huis kort daarna gesloopt zou gaan worden door een projectontwikkelaar. Mathijn vond de verhalen van de familie en die van de Buddenbrooks thematisch verwant en heeft ze toen verweven tot een liedtekst. Met deze wetenschap krijgen de woorden, ons huis, in Fortuna meerdere betekenissen. 

Verrassend is dat hij ook af en toe gebruik maakt van Italiaans als zangtaal. Hieronymus is praktisch geheel in het Italiaans gezongen en is een eerbetoon aan de bekende schilder Jeroen Bosch en aan een veel te jong overleden Nederlandse acteur.  

Die fascinatie voor het Italiaans is waarschijnlijk gedeeltelijk te verklaren door zijn liefde voor het werk van de componist Giovanni Battista Pergolesi en de singer-songwriter Franscesco de Gregori. Interessant is dat er op Duijf gebruik gemaakt wordt van een aantal niet zulke gebruikelijke muziekinstrumenten zoals hoorn, marimba, tamburello, grote trom en mandoline. 

De tekst van Zilverende dingen is niet van zijn hand , maar van Harrie Schalken. Duijf is net zoals zijn andere producties analoog opgenomen. Uiteraard zijn bij deze release de teksten weer meegeleverd.

Label: BASTAARD PLATEN
Releasedatum: 6 juni 2015
Links:

Ben Reel - 7th


Mijn eerste prettige kennismaking met de muziek van Ben Reel was een paar jaar terug, toen hij optrad in mijn woonplaats. Ben Reel is een Ierse singer-songwriter die liedjes schrijft met invloeden die variëren van voornamelijk rock, tot aan soul, blues, alt folk/americana, country en reggae. 

In de loop der jaren heeft hij die invloeden steeds meer een eigen smoel kunnen geven. De kwaliteit van zijn songs worden per album beter. Op de website van zijn boekingsagent in Nederland wordt zijn stem omschreven als een kruising van Marvin Gaye en Bruce Springsteen, een vergelijking die volgens mij wel hout snijdt. 

Die soul-touch in zijn stem maakt het zeer prettig om naar hem te luisteren. Op 7th blijkt duidelijk het vakmanschap als liedjesschrijver. Het opent met een viertal heerlijke uptempo-songs, met allemaal sterke refreinen. Hij schrijft trouwens teksten die niet veel tijd nodig hebben om doorgrond te kunnen worden. 

Na dit viertal volgt het eerste rustpunt met het ingetogen God’s World, een prachtig duet met David Olney. Overigens geschreven samen met Olney en Sergio Webb. Hierna volgt het heerlijke bluesy en lome Reflections of the blues.  Vaak worden de liedjes voorzien van prachtige achtergrondkoortjes, onder anderen verzorgd door vrouwlief Julieanne Black. 

En regelmatig laat Ben horen dat hij goed met een mondharmonica overweg kan zoals bijvoorbeeld in Back on the Road. Ierse invloeden in zijn muziek is goed te horen in Given it All, de blazers en koortjes lijken zo weggelopen uit een Van Morrison liedje. Ben heeft overigens duidelijk iets met Nederland. 

Niet alleen treedt hij hier vaak en graag op, zoals eind vorige maand nog samen met Ronald de Jong, maar ook spelen op 7th diezelfde Ronald de Jong, Jimmy Bakker en Hans Heidt mee. Bovendien werd het prachtige artwork verzorgd door Ewoud Koster. Het hoedje wat hij op de cover draagt, kreeg hij van Michael Prins, intussen een goede vriend van hem. 

Met hem schreef hij tijdens zijn laatste bezoek aan Haarlem een liedje. Hij zou graag in de toekomst samen met Michael Prins een aantal optredens willen verzorgen. In het najaar komt hij weer naar Nederland voor optredens, waarbij hij naast eigen repertoire, covers van anderen speelt. 

7th is Ben’s beste album en zou weleens een doorbraak naar een groter publiek kunnen worden.


Label: Ben Reel Records
Releasedatum: 18 mei 2015
Links:

Bombadil - Hold on



Dit trio bestaat sinds zeer recent uit Daniel Michalak, James Phillips en nieuwkomer Nick Vandenberg. Bij toeval ontdekte ik hun muziek, omdat ze op hetzelfde label zitten als de door mij bovenmatig geadoreerde Samantha Crain. James Phillips toerde overigens als bandlid van Samantha Crain in 2009 door Amerika. 

De groep is vernoemd naar het personage Tom Bombadil uit Tolkien’s Lord of the rings. De heren zijn afkomstig uit het plaatsje Durham, North Carolina. James Phillips is naast muzikaal ook anderzijds artistiek onderlegd. De enveloppe waarin ik Hold On ontving, was aan de achterzijde voorzien van een grappige, handgemaakte tekening. 

Hold On is voorzien van een zeer opvallende hoes en worden de teksten met interessante achtergrondinformatie meegeleverd. Naast een debuut EP is het intussen hun vierde, volwaardige cd. Bombadil maakt hoogst originele, inventieve muziek, die moeilijk in een hokje te plaatsen is. 

De zang speelt een zeer belangrijke rol in het geheel. Vaak maakt men gebruik van zeer vernuftige koortjes, zoals in opener Coughing on the F train. Een nummer wat overigens verrassend wordt geopend door Michael Stipe (REM) op trompet. Overigens een niet zo’n voor de hand liggend onderwerp om een liedje over te schrijven. 

Zo heeft Bill You For Your Trash ook geen gebruikelijk thema. Het handelt over de keer dat ze ’s avonds vergeten waren hun vuilnisbak binnen te halen en hier een fikse boete voor kregen. 

Een serieus en nog steeds moeilijk bespreekbaar thema wordt aangesneden in Rhapsody in Black and White, de nog steeds gevoelige relatie tussen blank en zwart. Hoogst actueel weer door recente rassenrellen. Het nummer heeft overigens een heerlijke, moderne flow. 

Ook komen gewonere zaken aan de orde zoals de liefde, zoals in Sunny December. Het gaat over een blauwtje lopen en hoe je dat verwerkt. Overigens was het Stuart Robinson, die sinds kort geen deel meer uitmaakt van Bombadil, die het blauwtje liep. 

De meeste liedjes hebben even tijd nodig om volledig doorgrond te kunnen worden. Uitzonderingen hierop vormen zeer zeker het heerlijke Amy’s Friend en Framboise, die zich direct nestelen in je geheugen.  Framboise wordt gedeeltelijk in het Frans gezongen en is geschreven in Frankrijk. Naast zang speelt overigens de piano een voorname rol in de muziek van Bombadil. 

Hold On is een voortreffelijk en creatief album.           


Label: RAMSEUR RECORDS
Releasedatum: 23 maart 2015
Links:

Barna Howard - Quite a feelin'


De Amerikaan Barna Howard verraste drie jaar geleden met een verrassend volwassen debuut. Helaas kreeg het nog niet de aandacht die het eigenlijk zou hebben moeten krijgen. Bij het zien van de hoes van Quite a Feelin’ rees bij mij het vermoeden dat het om een nostalgische plaat gaat. De hoes straalt iets van lang vervlogen tijden uit en het verlangen daarnaar. 

Bij beluistering van nieuwe cd’s richt mijn aandacht in eerste instantie altijd op het muzikale aspect en minder op de teksten. Quite a Feelin’ vormt hierop een uitzondering en trokken de prachtige teksten direct mijn attentie. Barna Howard is een geboren verhalenteller en een verdomd goede. 

Eentje uit de school van mensen als Townes van Zandt en vergelijkbare muzikanten. Iemand die direct je aandacht vraagt en ook krijgt. Allereerst door zijn karakteristieke stem. Maar vooral door de rust en het gemak waarmee hij zijn repertoire brengt. Bovendien zijn de teksten heel erg beeldend. 

Maar muzikaal zit alles ook perfect in elkaar en luistert het gebodene zeer prettig weg. Op zijn gitaar- en banjospel valt ook  weinig aan te merken, luister bijvoorbeeld eens naar zijn prachtige spel in Hands Like Gloves. Het gebodene houdt de aandacht moeiteloos tot het einde vast. 

Verder heb ik eigenlijk weinig te melden over dit album, waarom zou ik ook eigenlijk?! Gewoon zelf gaan luisteren, want het behoort tot het allerbeste wat 2015 tot nu toe te bieden heeft.         


Label: LOOSE MUSIC
Releasedatum: 18 mei 2015
Links:

Jackie Oates - The Spyglass & The Herringbone


Een nadere introductie van Jackie Oates lijkt me overbodig. De zus van Jim Moray, een andere grote naam in het genre, is de laatste jaren uitgegroeid tot een van de grote madammen van de Britse folk. Op Folk Lantern zijn overigens een aantal mooie recensies van de hand van Hans Jansen van voorgaande cd’s te vinden. 

Voordat ik nog maar een noot beluisterde, had ik een goed gevoel bij The Spyglass & The Herringbone. Allereerst door de mooie opvallende hoes, maar meer nog door het filmpje wat ik op Youtube zag over het tot standkomen van de cd. Hierin praat een zichtbaar begeesterde Jackie met veel enthousiasme erover en zegt zeer tevreden met het resultaat te zijn. 

Het was de bedoeling een totaal ander album dan voorganger Lullabies, zoals de titel aangeeft gevuld met dromerige slaapliedjes, te maken. Ze koos ervoor om een selectie met vrolijke, luchtige liedjes te kiezen. Vaak wordt folk door mij geassocieerd met melancholisch en de jaargetijden herfst en winter. Jackie ziet het nieuwe album terecht als een lente- en zomerplaat. 

Ze heeft overigens een fijne neus voor het vinden van geschikt repertoire. Naast een bekende traditional als slotnummer Banks of the Bann, talloze malen opgenomen waaronder door Martin Simpson, vindt men ook onbekendere liedjes. Een daarvan is het heerlijke, voor mij totaal onbekende Can’t Be Sure, oorspronkelijk een nummer uit 1990 van de popgroep The Sundays. 

Een ander voorbeeld is de prachtige titelsong geschreven door Chris Sarjeant. Hij schreef het na een bezoek aan The Foundling Museum, het handelt over een herkenningsteken dat vondelingen kregen op hun kleding bij binnenkomst in het tehuis. Mocht de ouder zich ooit bedenken, dan zou het daaraan herkend kunnen worden. 

Sarjeant speelt trouwens mee op het album en arrangeerde samen met Jackie een aantal traditionals. Er werd door een keur van voortreffelijke muzikanten meegewerkt aan The Spyglass & The Herringbone, onder  de nodige anderen door Ben Walker, Nick Hart en broer Jim Moray. Oorspronkelijk zou Jim Moray het album produceren, maar uiteindelijk werd de productie verzorgd door Ben Walker en Trevor Meadows met additionele hulp van Richard Evans en Simon Emmerson. 

The Spyglass & The Herringbone is een uitgebalanceerde verzameling van luchtige, overwegend traditionele folkliedjes geworden.    

Releasedatum 27 april 2015 ECC Records