Michael Kiwanuka - Love & Hate


Op het laatste moment verschoof platenlabel Polydor de release van Love & Hate een paar maanden, zodat het uitkwam in komkommertijd. Toch wel een opmerkelijke beslissing om dit te doen bij deze populaire artiest met Oegandese wortels. Kiwanuka is hier erg geliefd en was dit jaar hier al twee keer voor concerten, maar komt in november alweer terug voor een aantal nieuwe. Twee hitsingles eind 2011 waren de voorbode van zijn debuut Home Again in 2012, wat meer dan een half jaar zou blijven staan in de lijst met best verkochte albums. Het repertoire hierop is soul en folk getint. Mooie songs, maar door de wel erg brave productie, werd het eindresultaat toch een stuk minder dan wat het had kunnen zijn. Kiwanuka koos gelukkig deze keer als producer Danger Mouse. Die heeft behoorlijk zijn stempel gedrukt op de invulling van de songs. Zo hoor je zijn voorliefde voor de muziek uit spaghetti westerns terug. Maar die voorliefde was bij menig luisteraar al bekend via de cd Rome, die hij samen met Daniele Luppi maakte. Ook hoor je de invloed van Pink Floyd ten tijde van Wish You Were Here terug in opener Cold Little Heart. De percussie en achtergrondvocalen van de titelsong zijn gemodelleerd als de songs op Marvin Gaye’s klassieker What’s Going OnLove & Hate opent gedurfd met het tien minuten durende Cold Little Heart. Het intro duurt namelijk zo’n vijf minuten, waarna je pas voor het eerst de stem van Kiwanuka hoort. En van die geweldige stem moet hij het toch vooral hebben. Geregeld maakt hij dit keer gebruik van zijn elektrische gitaar, waardoor een aantal van de songs meer een rockkarakter krijgen. Hij is overigens een groot fan van Jimi Hendrix, het is een belangrijke inspiratiebron voor hem. Hij speelt geregeld diens nummer Waterfall live. Mijn verwachting is dat Kiwanuka op zijn volgende cd nog meer richting rock zal opschuiven. Naast soul en rock zijn er onder andere ook gospelinvloeden terug te vinden. Je dient wel de nodige tijd voor Love & Hate in te ruimen, want pas na veelvuldig luisteren blijkt hoe goed de songs werkelijk zijn.    
Theo Volk
Releasedaum: 15 juli 2016 Polydor
Website: http://www.michaelkiwanuka.com/

Kaela Rowan - The Fruited Thorn


Al sinds het begin van haar muzikale loopbaan verwerkt Kaela (aka Michaela) invloeden van muziek uit alle windstreken in haar eigen repertoire. Dat was al bij de groep Mouth Music, aan welke band ze haar grote bekendheid te danken heeft. Sinds het laatste album van Shooglenifty, The Untied Knot, maakt ze ook deel van deze groep uit. Die groep rondom haar man James Mackintosh maakt al meer dan 25 jaar muziek, die ook invloeden bevat uit alle uithoeken van de wereld. James is de meest innovatieve drummer van Schotland en daardoor een zeer veel gevraagd sessiemuzikant. Hij werkte ook mee aan de populaire Transatlantic Sessions, zowel live als op tv. The Fruited Thorn is het tweede soloalbum van Kaela. Haar mooie debuutalbum Menagerie bevat praktisch uitsluitend eigen composities. Haar broer moedigde haar aan om een plaat te maken met daarop traditionals, die ze vroeger tijdens sessies speelde. Direct in de opener Now Westlin Winds wordt duidelijk dat Kaela omringd wordt door uitstekende musici.  Door behoedzaam en fraai akoestisch gitaarspel wordt Kaela’s emotionele zang begeleid. Ze behoort tot het selecte groepje zangeressen, die mij echt diep weten te raken. Het opvallende vioolspel van John McCusker lijkt door het repeterende karakter op dat van de songs van The Gloaming. Overigens kent Kaela deze song, net als ik, dankzij de versie van Dick Gaughan. De enige, nieuwere song in Gaelic is Eilean Fhianain, ze leerde het direct van componist Charlie Macfarlane. Ze zingt het samen met de Indiase zanger Dayam Khan Manganiyar. Hij zingt zijn fenomenale partij in het Marwari. Ook levert Patsy Reid hier een belangrijke bijdrage op viool en cello. De bekende Ierse traditional Lord Gregory lijkt haar op het lijf geschreven. Van zangeres Cathy Anne MacPhee leerde ze in het Gaelic de prachtige ballade Nighean Nah Geug. Grote bekendheid dankt de Ierse ballade As I Roved Out aan de groep Planxty. Het is Kaela’s favoriete track en haar samenzang met de jonge zanger Jarlath Henderson is buitengewoon fraai. Hij speelt hier tevens doedelzak.  Misschien wel de bekendste traditional is Mary & The Gallant Soldier, welke Kaela uiteraard in de versie van Paul Brady kent, vereeuwigd op het klassiek geworden album Andy Irvine & Paul Brady. De ritmische, Indiase invloeden hier zijn bijzonder geslaagd. Mijn favoriet is Blackbird (What a Voice), ook wel I Wish, I Wish genoemd. Haar zang is hier van ongekende schoonheid. Erg bekend is de van de Isle of Barra afkomstige traditional Bratach Bana. Een van de hoogtepunten vormt haar emotionele vertolking van If I Was a Blackbird. Ze kent het via het geweldige album Wild & Beautiful uit 1981 van de Schotse groep Silly Wizard. Een van de oudste liedjes is de bekende Schotse ballade The Bonnie Woods O’Hatton, wat dateert van het midden van negentiende eeuw. De aller-oudste song is ongetwijfeld Grioghal Cridhe. Het werd in 1570 geschreven door Marion Campbell, nadat ze getuige was geweest van de executie van haar echtgenoot Griogair Ruadh MacGregor. De tekst is hartverscheurend. Ook deze song is voorzien van een origineel Indiaas tintje. Kaela produceerde het album samen met James en verzorgde ook met hem alle arrangementen. Alle teksten en vertalingen ervan zijn terug te vinden op haar website. fRoots gaf vijf sterren aan het album en noemde het “A total killer of a record, pure beauty”. Woorden waar ik me graag bij aansluit.
Theo Volk
Releasedatum: 5 augustus 2016 Eigen beheer
Website: http://www.kaelarowan.net/






Estúpida Erikah - Mil·lisegons Per Crear Un Record


Muziek afkomstig van het Iberisch schiereiland is maar mondjesmaat bij mij bekend en dan beperkt die kennis zich vooral tot de Portugese fado en de groep Madredeus, die elementen van de fado in hun muziek verwerkt. Mijn bekendheid met de Spaanse muziek is nog geringer, die reikt niet verder dan het album Rito van Luis Eduardo Aute en de muziek van Maria del Mar Bonet. Geen idee dus wat ik eigenlijk allemaal aan mooie Spaanse muziek mis. Estúpida Erikah is een zeskoppige band met als absolute spil Lluís Bòria Goméz, hij schrijft sinds 2009 al het repertoire voor de groep. Hij studeerde etiologie en verdient de kost met het trainen van honden. Als muzikant voelt hij zich verwant met Nick Cave, Bill Callahan en Damien Rice, met name tekstueel. Als geboren Barcelonees is het vanzelfsprekend dat hij zingt in het Catalaans. Helaas levert de vertaling van de teksten vanuit het Catalaans met Google translate weinig zinvolle resultaten op. Volgens Lluís gaan zijn teksten voornamelijk over verlies en liefde, en dan vooral de donkere kant van de liefde. Ondanks het feit dat de teksten niet goed te volgen zijn, valt er meer dan genoeg te genieten. Al direct in de vrij sobere opener  Les Ones del Desig valt zijn prachtige akoestische gitaarspel op. Meer richting kamer-folk gaat Tot Anirà Bé met een opvallende rol voor de cello. Een van de mooiste songs is El Monstre met wederom sprankelend gitaarspel.  Tot de meest opgewekte liedjes kan La Mare Diu gerekend worden. In het ritmische Cau la Nit bespeelt hij een mondharmonica en doet zijn zang denken aan Eros Ramazzotti. Hierna volgt het melancholische en door strijkers overheerste La Tempesta Perfecta.  Het akoestische gitaarspel in Quan Acaba en un Descosit lijkt een beetje op dat van Nick Drake.  Het samenspel met de elektrische gitaar is hier overigens erg fraai. De hoofdrol in Els Timbals D'una Tempesta is weggelegd voor de cello.  Afsluiter wordt gevormd door het uptempo Col·lisió. De instrumentatie van de songs is erg uitgekiend. Hij geeft zijn songs niet meer invulling dan nodig is. Op dit moment is hij met een Nederlandse promotor in gesprek voor optredens in de lente van 2017. Het zou mooi zijn om het fraaie Mil·lisegons Per Crear Un Record live te horen.
Theo Volk
Releasedatum: 20 april 2016 Petits Miracles
Website: https://www.facebook.com/Estúpida-Erikah-110013039021140/?fref=ts

Joe Purdy - Who Will Be Next


Een paar weken terug zag ik de zeer realistische film Mississippi Burning op de Vlaamse tv over racisme in het begin van de jaren zestig in het zuiden van de Verenigde Staten. In die tijd bestond daar, zoals in diverse andere landen, nog apartheid. Gelukkig is die daar nu afgeschaft, maar racisme bestaat helaas nog steeds. Sterker nog, het is nog steeds een heet hangijzer, ook in ons eigen land. Racisme is een van de onderwerpen op het intussen veertiende album van Joe Purdy. Sinds het begin van het millennium heeft hij een grote populariteit in eigen land opgebouwd. Voor een groot deel vergaarde hij die, doordat zijn muziek gebruikt werd voor populaire series als Grey’s Anatomy  en Lost. Op de hoes, die weggelopen lijkt uit de jaren zestig, staat hij afgebeeld als een protestzanger uit die tijd. En dat is precies wat Who Will Be Next geworden is, een protestalbum. Dat maakt hij de luisteraar meteen duidelijk in opener New Year’s Eve:
Hope I can be some use to this world
I won’t be too prideful to try.
I realized that sometimes it only takes one
to make a difference in another one’s life.

I hope I can find the courage to speak
there’s something that needs being said
I hope that my words will not tear us apart
but to bring people closer instead."
In de titelsong stelt hij het vrije wapenbezit in de Verenigde Staten aan de kaak. De wapenindustrie daar verdient grof geld, maar er kleeft wel dagelijks bloed aan hun handen, door de vele doden die er iedere dag door wapens vallen. Zelfs Barack Obama kreeg geen grip op het probleem.  Zo wordt in Cairo Walls een opsomming gemaakt van een aantal historische moorden op activisten en politici die stierven voor hun idealen. Maar komen ook onderwerpen aan bod als immigratie, uitbuiting , politiegeweld, het Amerika van Donald Trump en kapitalisme. De muziek zweeft ergens tussen folk en country in. Who Will Be Next heeft zowel muzikaal als tekstueel erg veel te bieden.
Theo Volk
Releasedatum: 10 juni 2016 Mudtown Crier Records
Website: http://www.joepurdy.com/

The Breath - Carry Your Kin


Er ging een heel lange weg vooraf aan de release van Carry Your Kin, om precies te zijn vijf jaar. Het begon op het moment, dat Stuart McCallum (The Cinema Orchestra) op My Space Rioghnach Connolly (Honeyfeet) het nummer Knocking on Another’s Man Door hoorde zingen. Al heel lang wilde McCallum al met een zangeres werken. Hij had zelfs een groot aantal kant en klare songs liggen. De repetities vonden plaats in Rioghnach’s keuken. Het duurde een behoorlijk lange tijd voordat Rioghnach durfde aan te geven, dat ze het materiaal niet geschikt voor haar vond. Hierop besloten ze om samen nieuwe liedjes te gaan schrijven. Soms was het schrijven van een nieuw nummer een langdurige aangelegenheid. Maar het breekbare For You ontstond spontaan tijdens een jamsessie in Machester’s Matt and Phred’s club. In haar teksten neemt Rioghnach bepaald geen blad voor de mond. Overigens boort ze een groot scala van onderwerpen aan. Dat varieert van geboorte en dood, vrouwenrechten, moederschap, overlijden van mannen op zee tot aan de nasleep van het kolonialisme. Het duurde wel even, voordat de muziek wilde indalen. Enige uitzondering hierop was Antwerp. De spil in de muziek vormt absoluut de fantastische zang van Rioghnach. Haar frasering is heel bijzonder. Met opvallend gemak zingt ze. Altijd vrij ingetogen. Overigens is ze naast zangeres ook een uitstekend fluitiste. De muziek valt heel moeilijk in een hokje te plaatsen. Het zweeft ergens tussen folk, rock, pop en zelfs klassiek in. De instrumentatie is voornamelijk akoestisch. De fantastische orkestrale arrangementen zijn van de hand van Stuart, net als de voortreffelijke productie.  Ik denk dat liefhebbers van groepen als Portishead en 9Bach deze muziek zeker zullen kunnen waarderen. Voor de audiofielen onder U, Carry Your Kin is al ongeveer twee maanden geleden via Bower & Wilkins ook als een 24bits digitale download uitgekomen. Volgens mijn gaat Carry Your Kin hoge ogen gooien in menig eindejaarslijstje. Overigens omschreef een muziekvriend van mij de cd een heel stuk kernachtiger dan ik : betoverend.  
Theo Volk
Releasedatum: 8 juli 2016 Real World Records
Website: http://thebreathmusic.com/



Wren - Stitch an Ocean


Mijn forumgenoot Marten trakteert mij regelmatig op mooie muziektips, vrij vaak betreft het onbekende Scandinavische folkmuziek. Deze keer tipte hij me een jongedame die uit Seattle komt. Wren is de artiestennaam van Laura Adrienne Brady. Ze ontleende die aan een bijzondere droom die ze ooit had. Daarin kwamen winterkoninkjes voor. Ze publiceerde al gedichten en proza voordat ze liedjes ging schrijven. In haar vroege jeugd zong ze al heel veel thuis, maar ook op school tijdens de pauzes, maar ook geregeld tijdens de les. Dat laatste werd uiteraard niet getolereerd,  met als gevolg dat ze het zingen totaal afzwoor.  Het zou tot haar negentiende duren voordat ze de draad weer oppakte. Dat gebeurde nadat ze in een commune terecht kwam, waar iedereen muzikant bleek te zijn. Daar leerde iemand haar een paar akkoorden op de gitaar en binnen zeer korte tijd begon ze liedjes schrijven. Haar eerste album Bone Nest, wat in 2012 verscheen, staat in het teken van de ontdekking dat ze lijdt aan een chronische ziekte en het aanvaarden ervan. Het in februari verschenen Stitch an Ocean, kwam door crowdfunding tot stand. Haar donateurs hadden blijkbaar veel vertrouwen in het project, want het streefbedrag werd in korte tijd ruimschoots gehaald. Voor haarzelf staat de nieuwe cd voor het omarmen van geluk, maar ook voor hoop en transformatie.  Het vormt dus een logische opvolger op Bone Nest. In haar jeugd bouwde ze een grote liefde voor de natuur op. Het is dan ook niet verwonderlijk dat de natuur heel vaak opduikt in haar teksten, al dan niet in de vorm van een metafoor. Ze verbleef ooit een jaar in Galicië, de geboortegrond van haar voorouders. Daar hield ze zich toen bezig met permacultuur en gaf er ook Engelse les. Bovendien verdiepte ze zich er in de taal en de cultuur. Vandaar dat ze A Rianxeira van Angel Viro en de traditional Catro Vellos Mariñeiros opnam. Beide gezongen in het Galicisch, een taal verwant aan het Portugees. De muziek op het album heeft overigens weinig tot geen raakvlakken met Amerikaanse folk, het heeft duidelijke Ierse invloeden. Het is een volledig akoestisch album, dat vooral gekenmerkt wordt door de fluwelen stem van Wren, maar ook door de zeer subtiele arrangementen. Bovendien wordt ze omringd door vakkundige muzikanten. De titel en de hoes zijn ontleend aan het catchy Hand-Sewn Ocean. Het refrein ervan spookt al geruime tijd geregeld door mijn hoofd. Maar het album staat vol met prachtige muziek. Mijn favorieten veranderen regelmatig, volgens mij hét kenmerk van een prachtplaat.  
Theo Volk
Releasedatum: 20 februari 2016 Swimming Rabbit Arts
Website: http://www.wrenmusic.net/


Dana Immanuel & the Stolen Band - Come with Me


In Nederland hebben wij Bootleg Betty, de Engelse variant heet Dana Immanuel & the Stolen Band. Beide bands bestaan uit vijf stoere dames, die hun bekendheid vooral hebben vergaard door hun live-optredens. Zo speelden Dana en haar meiden onlangs een aantal keren op het befaamde Glastonbury festival. Op het derde album heeft de groep geprobeerd zoveel de livesound te reproduceren. Overigens is dit pas het eerste album onder de noemer van Dana Immanuel & the Stolen Band. De absolute spil is Dana, die alle liedjes schrijft. Zij verdiende eerste haar geld als pokeraar en verslaggever van pokertoernooien, waaronder ook dat van Amsterdam. Vorig jaar wist Dana mij danig te verrassen met haar tweede schijf Dotted Lines, waarover ik voor Real Roots Café een recensie schreef. Naast haar puntige songs vielen ook haar meer dan uitstekende teksten op. Teksten die regelmatig betrekking hebben op de perikelen van haar eigen relaties, maar ook op haar pokerverleden. Over de vorige plaat werd erg lang gedaan, de nieuwe werd in een vloek en een zucht opgenomen. Dat ging echter niet ten koste van de kwaliteit. Werden de vorige twee albums alleen door Dana met heren opgenomen, nu wordt ze slechts door haar eigen dames begeleid. Zij doen zeker niet onder voor de musici op de vorige twee albums, integendeel zelfs. Vooral Feadora Morris (gitaar) en Maya McCourt (cello en zang) zijn excellente musici. Met name zij voegen wezenlijk iets toe aan het groepsgeluid. Helaas staan er slechts drie nieuwe nummers op Come with Me. John Wayne, Nashville en Motherfucking Whore stonden al op het debuutalbum Character Assassination en Going to the Bottle, Rock Bottom en Devil’s Money stonden op Dotted Lines. Zonder uitzondering allemaal fantastische liedjes. De drie nieuwe, Come with Me, Clockwork en Achilles Heel, doen er echter niet voor onder. Afsluiter is een fraaie cover van het wel zeer toepasselijke Viva Las Vegas, geschreven door Doc Pomus & Mort Shuman en beroemd geworden dankzij The King. Het wordt hoog tijd dat ze naar Nederland komen voor optredens, tot die tijd neem ik genoegen met dit uitstekende Come with Me.  
Theo Volk
Releasedatum: 5 augustus 2016 Eigen beheer
Website: http://www.danaimmanuel.com/




Jimmy Pizzitola - the Choctaw Wildfire Sessions


Singer-songwriter Jimmy Pizzitola komt uit Houston, Texas. Hij werd muzikaal gevormd door te luisteren naar klasbakken als Neil Young, Gerry Rafferty, Jim Groce, Willie Nelson, Kris Kristofferson, John Prine en Townes van Zandt. Net als laatstgenoemde is Jimmy een uitstekend verhalenverteller. Soms zijn het gewone liefdesliedjes, zoals Give You Love en Evermore. Maar regelmatig hebben zijn songs interessante invalshoeken. In het grappige, maar voorzien van droevige ondertoon Where’s  the Johnny Cash?, maakt hij zich druk waarom in de jukebox van de bar waar hij is geen liedje van Johnny Cash te vinden is. Als hij zich down voelt wil hij graag triestige country horen. Heerlijke honky tonk overigens. In Pierced and Tattooed komt hij in een foute buurt van een stad terecht. Heeft u altijd al willen weten hoe het is afgelopen met de mentor van de Karate Kid, Mr. Miyagi?! Niet zo best zoals blijkt uit Karate Kid Blues:  “He’s traded his Zen for sin”. Het krijgen van medailles voor heldendaden hebben duidelijk hun keerzijde, luidt het oordeel in Shiny Medals : “He’s got shiny medals where his heart used to be”. In afsluiter A Cat Named Steve bezingt hij zijn belevenissen met een denkbeeldige kat. Muzikaal zit het erg gevarieerd in elkaar. De liefdesliedjes zijn erg ingetogen. Ze worden trouwens erg laid-back door hem gezongen. Daarnaast een aantal uptempo nummers. Het enige, enigszins afwijkende nummer is de geweldige cover van The Tigers, geschreven door Troy Bruno von Balthazar. Zijn begeleiders gaan hier op een geweldige manier los. Het keyboard spel roept hier bij mij herinneringen op aan Ray Manzarek. Hij wordt begeleid door bekwame musici, waaronder drie muzikanten van the Choctaw Wildfire. Daarnaast ook door Matt Harlan, die intussen in Nederland al de nodige bekendheid heeft vergaard. Vlak voordat dit album werd opgenomen had Jimmy samen met the Choctaw Wildfire opgetreden. Die samenwerking beviel zo goed dat ze drie weken later in de studio zaten. Met name Charlie Pierce op keyboards en Leland Potter op drums zijn ervaren rotten en tillen het geheel naar een nog hoger niveau. Daarnaast levert Justin Douglas fraaie bijdragen op pedal en lap steel.  In korte tijd is the Choctaw Wildfire Sessions uitgegroeid tot een van mijn favoriete Americana cd’s van 2016.       
Theo Volk
Releasedatum: 2 mei 2016 Supahit Records
Website : http://www.poetontherun.net/

Alice Jones - Poor Strange Girl


Geen wonder dat Alice Jones folkmuzikant geworden is, ze werd namelijk als baby al meegenomen door haar ouders naar folkclubs. Volgens haar moeder waren in haar vroege jeugd I Like a Drop of Good Beer en The Spotted Cow, liedjes over drank en dames met een discutabele reputatie haar favorieten. Naast multi-instrumentalist is Alice ook een uitstekend danseres. Poor Strange Girl is haar debuutalbum en kreeg in Engeland al uiterst lovende kritieken van fRoots en Folkradio UK. Het was voor mij even wennen aan haar wat onvaste stem, vibrato en wijze van zingen. Vibrato is voor mij vaak een reden om af te haken, in dit geval niet. Wel werd ik direct gegrepen door haar subtiele pianospel en mooie arrangementen. Het gebrachte repertoire is voornamelijk een uitgekiende keuze uit minder bekende traditionals.  Ze wordt slechts spaarzaam begeleid, zoals in de opener Poor Strange Girl, door Tom Kitching op viool en Hugh Bradley op bas. Het zijn de enige gastmuzikanten. Ook zijn er enkele instrumentale stukken te vinden, zo zijn de mooie Wedding Mazurkas van haar eigen hand. Ze schreef beiden als huwelijkscadeaus voor twee paar goede vrienden. Een van de bekendere traditionals is Green Bushes. Hierin wordt, niet zo gebruikelijk in folkliedjes, de man door de vrouw verleid. Haar gevoelige stem komt hier uitermate goed tot zijn recht. Naast haar subtiele pianostem valt ook de stemmige viool op. Ook van grote schoonheid zijn Her Bright Smile Haunts Me Still en Adieu to Old England. Laatstgenoemde maakt duidelijk dat ellende veroorzaakt door recessie van alle tijden is. Ze speelt naast piano en fluit ook nog gitaar en harmonium. Die harmonium zorgt op het album voor een mooie afwisseling met de piano. Haar bewerkingen van de traditionals zijn niet zo eigenzinnig als die van Sam Amidon en Sam Lee, maar hebben toch duidelijk een geheel eigen signatuur. Liefhebbers van traditionele folk in een nieuw jasje zullen Poor Strange Girl zeker kunnen appreciëren.       
Theo Volk
Releasedatum: 10 juni 2016 Splid Records
Website: http://alicejonesmusic.com/





Vicky Emerson - Wake Me When the Wind Dies Down



Totaal onbekend was Vicky Emerson voor mij, totdat Wake Me When the Wind Dies Down onder mijn aandacht kwam. Vicky woont in Minneapolis en maakt muziek, die een mix is van blues, folk en traditionele country. Direct bij de beluistering van opener Under My Skin veerde ik op uit mijn stoel. Dit uiterst aanstekelijke nummer trok meteen mijn volledige aandacht. Ook werd duidelijk dat Vicky zich op dit album omringd heeft met uitstekende begeleiders. Haar uiterst aangename stem komt volledig tot zijn recht in het ingetogen Rattle Shake. Hier valt voor eerst ook het fraaie vioolspel van Jake Armerding op. Haar stem lijkt hier enigszins op die van Katy Moffatt. Tot de prijsnummers op deze fraaie cd behoort zeker Long Gone. Stilzitten bij dit nummer is volgens mij zelfs nog niet mogelijk in een dwangbuis. Long Gone is duidelijk beïnvloed door de muziek uit de Balkan. Ook hier schittert Jake Armerding weer. De toevoeging van de accordeon is ook erg fraai. Vooral het tokkelende gitaarspel in Silhouette valt op, naast de melancholische zang. Ter afwisseling is het ritmische Runaway Train wat steviger. Het is duidelijk dat Vicky over een flexibele stem beschikt. Dat wordt nog meer duidelijk in het traditionele countrynummer Save All My Cryin’ (For Sunday Afternoons). Als je het hoort, is het nauwelijks voor te stellen, dat Vicky een verleden in de jazzmuziek heeft en een klassiek geschoolde pianiste is. Ze speelt trouwens al sinds haar zesde piano, echter niet op Wake Me When the Wind Dies Down. Bijzonder bevallig is Dance Me Into the Night, vooral de zang en viool.  Tot mijn favorieten behoort zeker September Midnight, voorzien van een prachtige bijdrage van mandoline en gitaar. Afsluiter vormt het vrolijke, uptempo Follow the Moon. Inspiratie voor haar songs vond ze door te luisteren naar JD McPherson, Chris Stapleton en Jason Isbell, en in de muziek van haar persoonlijke favorieten, Lucinda Williams en Emmylou Harris. Vicky blijkt niet alleen een goede zangeres, maar is ook een uitstekend songschrijver. Ze schreef alle liedjes op twee na helemaal alleen. Wake Me When the Wind Dies Down vergaarde het afgelopen half jaar al veel zeer lovende recensies in Amerika, waaronder van No Depression. Volgens mij terecht. Het kan gerekend worden tot de allermooiste Americana releases van 2016.
Theo Volk

Releasedatum: 1-1-2016 Triad Entertainment
Website: http://www.vickyemerson.com/