Tijdens opener Devil zat
ik direct op het puntje van mijn stoel. Een stem die meteen aansprak, voorzien
van een enigszins hees randje. Zichzelf op bekwame wijze begeleidend op piano, een
droevig liedje zingend over de liefde. Aan het eind wordt de rol van de piano
overgenomen door haar stemmige cello die wegsterft in schoonheid. Gewoon een
conventionele song, maar wel een die direct grote indruk maakt. Vervolgens laat
Table Song een heel andere kant van
Kuffel horen. Een inventief opgebouwde song, waarin een belangrijke rol voor
percussie en toetsen is weggelegd. Dat Kuffel eigenzinnig is blijkt aan het
abrupte einde ervan. Blazers krijgen vervolgens de ruimte in Humor Tumors evenals een opdringerige
piano. Het arrangement van deze song is buitengewoon spitsvondig. Weer wat
conventioneler van toon is Stone Statue, vooral
de subtiele bijdrage van Kale Lotten op tenor sax is bijzonder fraai.
Voorlopig
is het ingetogen en treurige Misplaced Pride
mijn favoriete nummer vanwege de zeer kwetsbare zang, maar ook door het
samenspel tussen piano, accordeon en trompet. De eigenzinnige kant van Kuffel
komt weer om de hoek kijken in Cat Collar,
de meest experimentele en enigszins afwijkende song en het liedje waarmee ik de
meeste moeite had om het goed te doorgronden. Zeer inventief en jazzy is het
heerlijke Please Chelsea en wordt
vooral gedragen door haar pianospel. Gas wordt er weer teruggenomen in een van
de hoogtepunten, Moorings,
gedomineerd door cello en piano. Ook klassiek van toon is de titelsong, en ook
behorend tot mijn favorieten vanwege de bloedmooie zang en de sobere opbouw.
Afsluiter in stijl is het door strijkers gedomineerde Cleanse. Veel weet ik overigens nog niet over deze eigenzinnige
singer-songwriter uit Seattle. Pearls is
haar tweede album, waar ze vijf jaar lang nauwgezet aan werkte. Het leverde een
geweldige mix van breekbare en inventieve songs op.
Theo Volk
Releasedatum: 15 oktober 2015 Eigen beheer