Sinds de komst van het eigenzinnige T.C. Matic in 1980
maakte de Belgische rockmuziek een grote ontwikkeling door. Sindsdien schoten
de nieuwe groepen als paddenstoelen uit de grond, waarvan dEUS uiteraard de bekendste
is en de meeste invloed had en heeft. Zo’n decennium geleden werd in Berchem
School is Cool opgericht. Hun eerste ep en cd werden nog in eigen beheer
uitgebracht, maar dankzij de nodige air play op Studio Brussel groeide hun
populariteit snel, ook in Nederland. Bovendien wonnen ze Humo's Rock Rally. De
samenstelling van de groep was af en toe aan verandering onderhevig, vaste
waarden vanaf het begin waren frontman Johannes Genard en Matthias Dillen. Op
hun nieuwste album Things That Don’t Go
Right wordt de groep herenigd met producer Reinhard Vanbergen (Das Pop),
die ook de productie van hun debuut Entropology
voor zijn rekening nam. Het debuut werd gedomineerd door tachtiger jaren
synthesizers en energieke drums met veel donkere, apocalyptische teksten. Ook
deze keer gaan de teksten niet over “the bright side of life”, maar over stukgelopen
relaties, lusteloosheid, de schijnwerkelijkheid van sociale media, fear of missing
out (de angst om iets belangrijks of leuks te missen), het concept
mannelijkheid en Australische reality programma’s. Kortom over Things That Don’t Go Right. Gelukkig is de
muziek een stuk luchtiger van toon, waarin regelmatig een belangrijke rol is
weggelegd voor het toetsenspel van Hanne Torfs. Net als op het debuut is de percussie erg
energiek. Soms liggen de liedjes goed in het gehoor zoals single Close, dat ongetwijfeld op veel air play
zal mogen rekenen. Ook is er geregeld uitstekend gitaarspel te horen, zoals in Thunder & Lighting. Wie goed luistert naar on the Halfway line hoort trouwens heel kort de bekende gitaarsound
van The Allman Brothers terug. Naast uptemponummers ook ingetogen nummers, die
me persoonlijk beter bevallen. Af en toe klinken er recente invloeden door,
zoals bijvoorbeeld van War on Drugs. De finale van afsluiter en titelsong herinnerde me overigens meteen aan de meeslepende
finale van The Stones klassieker You
Can't Always Get What You Want. Het schilderij op de cover is van Bent van Looy (Das Pop).