15 september was het vijftig jaar geleden, dat The Doors hun
enige concert ooit in Nederland gaven. In het september nummer van Oor staat
hierover een uiterst onderhoudend verhaal met een aantal betrokkenen uit die
tijd. Overigens een concert zonder de charismatische zanger Jim Morrison, die
op de avond van het optreden bijna het loodje legde door een acute alcoholvergiftiging.
Het concert ging desondanks gewoon door en volgens overlevering verzorgden de
overige drie leden een uitstekend optreden. Niet in de laatste plaats door de
zang van Ray Manzarek, die de stem van Morrison nagenoeg perfect kon imiteren.
Het enige wat ontbrak was de druistige performance van de frontman. Afgelopen
vrijdag verscheen tevens een jubileumeditie van Waiting for the Sun. Het was aanleiding om weer eens hun
debuutalbum The Doors uit de kast te
trekken. Een album wat een soort oerknal was en wat halverwege de jaren
zeventig een grote indruk op mij maakte. The Doors kende ik toen al van de
singles Riders on the Storm en Light My Fire. Vanaf opener Break on Through (To the Other Side)
word je meegesleurd door de intense zang van Morrison en het unieke toetsenwerk
van Manzarek en wat uiteindelijk zijn hoogtepunt bereikt in het lange epische The End, gebaseerd op Oedipus, een
figuur uit de Griekse mythologie. Naast eigen werk een interessante vertolking
van Alabama Song, ontleend aan de
opera van Weill en Brecht uit 1929 Aufsteig und Fall der Stadt Mahagony.
Daarnaast ook nog een beklijvende uitvoering van Back Door Man, geschreven door Chester Burnett en Willie Dixon en
ooit een grote hit voor Howlin’ Wolf. Ondanks dat The Doors nog een aantal
prachtplaten zouden maken, haalden die helaas nooit meer het niveau van dit
klassiek geworden debuut.
Theo Volk