Bij deze opnieuw tropische temperaturen hoort natuurlijk
bijpassende muziek, zoals samba, bossa nova en reggae. Al die muzieksoorten
worden op meesterlijke wijze gecombineerd op Da Hora van de in Frankrijk woonachtige Braziliaan Vitto Meirelles.
Op zijn vorige, goed ontvangen album Vem
Rei werkte hij samen met Gilberto Gil, een van zijn grote
inspiratiebronnen. De bezetting van het nieuwe album liegt er wederom niet om.
Net als op de voorganger is de bekende
bassist en cellist Vincent Ségal van de partij. Twee jaar geleden maakte hij nog
samen met Piers Faccini het fraaie plaatje Songs
of Times Lost. Het lijstje met medewerkende percussionisten en drummers is
indrukwekkend, Domenico Lancellotti, Marivaldo Paim, Carlos Sales en Pedro
Fonte. Verder kreeg hij hulp van singer-songwriter Matthieu Chedid, componist
Jacques Morelenbaum, kora-speler Ballaké Sissoko en zanger Salif Keita. Uiteraard
zingt Meirelles het overgrote deel van zijn liedjes in het sensuele Portugees.
Twee keer maakt hij een uitstapje naar het Frans. Eerst in het op reggae
geschoeide Le Cannibale. De tweede
keer is een ode aan Charles Aznavour door een vertolking van diens klassieker Tu
T’aisse Aller. Hoe luchtig ook de muziek vaak mag klinken, Meirelles heeft
wel iets te melden. Zo gaat bijvoorbeeld Homen
Comum over corruptie en leugens. Maar ook muzikaal is het interessant,
luister maar eens naar het inventieve, door João Bosco beïnvloedde, gitaarspel in País Do BBB. Op Da Hora verpakt Meirelles teksten
die er toe doen in zwoele Braziliaanse en soms Jamaicaanse ritmes.