Op jeugdige leeftijd nam Ella O’Connor
Williams de bijnaam Squirrel Flower aan. Een paar jaar later begon ze te zingen
in het Boston Children’s Chorus. Tevens startte ze met muziektheorie te studeren
en leerde zichzelf gitaar spelen. Ze komt uit een zeer muzikale familie, haar
grootouders waren klassieke muzikanten die vanaf de jaren vijftig deel uitmaakten
van de Gate Hill Cooperative Community. Haar oma Vera kreeg echter vooral
bekendheid als schrijfster van kinderboeken en werden haar boeken meermaals
bekroond. De muzikale carrière van vader Jesse bestaat en bestond vooral uit
het toeren met jazz- en bluesartiesten. Hij is te horen op bas op Ellas
debuutalbum I Was Born Swimming. Nog
tijdens haar tienerjaren ontdekte ze de Boston DIY en folk muziekscenes en
begon zelf liedjes te componeren. Haar grote vastberadenheid zorgde ervoor dat
ze al snel zelf naam begon te maken in de door haar ontdekte muziekscenes. Ook begon ze te toeren met onder anderen
Soccer Mommy en Adrienne Lenker (Big Thief). Het album werd live opgenomen, nagenoeg
zonder overdubs, in The Rare Book Room Studio in New York City met als producer
Gabe Wax (Adrienne Lenker, Palehound, Cass McCombs). De muzikanten werden door
Wax geselecteerd en spelen volledig in dienst van de liedjes. Haar repertoire
bestaat uit zowel folk- als meer rock georiënteerde songs. De muziek is, zoals
het persbericht aangeeft, etherisch en omarmend, met tomeloze emotionele diepte
die voor de luisteraar als een warm bad aanvoelt. De band houdt de begeleiding
teder, altijd gecentreerd rond Williams’ gigantische, spookachtig vibrerende
stem en soulvolle, melancholische gitaar. Het best komt haar stem tot zijn recht in de laatste twee tracks. Ik verwacht dat ze live ook alleen gewapend
met een gitaar volledig in staat is luisteraars te boeien. Begin volgende maand
krijg ze als voorprogramma van Strand of Oaks de gelegenheid dat te bewijzen.